Synoniemen: geen
Het maken van een plaat- of frameprothese
Alvorens een frameprothese wordt afgedrukt, moeten meestal steunen in uw eigen tanden of kiezen worden geslepen; bij een plaatprothese is dat meestal niet het geval. Vervolgens drukt de tandarts of tandprotheticus uw kaken af. Dat gebeurt met behulp van een afdruklepel, gevuld met een afdrukmateriaal. In een tandtechnisch laboratorium wordt die afdruk vervolgens met gips gevuld. Hierdoor ontstaat het gipsmodel waarop uw plaat- of frameprothese wordt gemaakt. Soms is een tweede afdruk nodig om een mooie afdruk te krijgen.
In totaal heeft u vier á vijf behandelbezoeken nodig voor het op maat maken en plaatsen van een plaatprothese. Alles bij elkaar neemt het ongeveer vijf weken in beslag. Voor de frameprothese zijn meer bezoeken nodig en duurt het op maat maken meestal enkele weken langer.
Van eigen gebit naar een kunstgebit
U krijgt een kunstgebit. Dat is een grote verandering, want uw nieuwe kunstgebit speelt een belangrijke rol bij het kauwen en spreken. Bovendien zijn uw kunsttanden erg belangrijk voor uw uiterlijk. Uw tanden zijn immers uw eerste blikvanger.
Het trekken van tanden en kiezen
Het trekken van tanden en kiezen gebeurt meestal niet in één keer. De tandarts trekt eerst uw kiezen. Pas later uw tanden. Die blijven dus voorlopig nog staan, zodat u niet zonder tanden zult lopen. Tussen het trekken van de kiezen en de tanden zit doorgaans enkele weken. In de tussentijd krijgt het tandvlees de gelegenheid om te genezen en te herstellen. U zult het dus een tijdje zonder kiezen moeten stellen. Met eten is dat een beetje behelpen. Als de wonden nog niet zijn genezen, kunt u het beste zacht voedsel eten. Daarna kunt u gewoon weer eten wat u normaal gewend bent. Meestal zal uw kauwvermogen minder zijn.
Een afdruk maken
Voordat de tandarts de tanden trekt, maakt hij een afdruk van uw kaak. Dat gebeurt met behulp van een afdruklepel, gevuld met een speciaal afdrukmateriaal. In het tandtechnisch laboratorium wordt die afdruk met gips gevuld. Hierdoor ontstaat een gipsmodel. Hierop wordt een goed passende afdruklepel van kunsthars gemaakt. Met deze lepel wordt nóg een afdruk gemaakt om een nóg nauwkeuriger gipsmodel te krijgen. Hierop wordt uw kunstgebit gemaakt.
Bent u tevreden over de kleur, de vorm en de stand van uw eigen tanden? Of misschien juist niet? Informeer uw tandarts hierover vóórdat het kunstgebit wordt gemaakt. Uw tandarts kan u hierin advies geven. Hij zal proberen zoveel mogelijk met uw wensen rekening te houden.
Het kunstgebit wordt direct geplaatst
Vroeger liepen mensen voordat ze een kunstgebit kregen een tijdje zonder tanden. Tegenwoordig hoeft dat niet meer. Het kunstgebit, ook wel immediaatprothese genoemd, wordt onmiddellijk in uw mond geplaatst als de laatste tanden zijn getrokken. Dus direct over de verse wonden heen. Dat vindt u misschien een vreemd idee, maar dit heeft een groot voordeel. Uw kunstgebit zit in het begin namelijk als een soort verband op de wonden.
Als u in de spiegel kijkt, moet u waarschijnlijk erg wennen. Uw mond is nu een maal een belangrijke blikvanger en die is veranderd. Neem een paar dagen de tijd om te wennen en beoordeel pas dan hoe u er met uw nieuwe tanden en kiezen uitziet.
Het maken van de overkappingsprothese
Afdrukken maken
De prothese kan door een tandarts worden aangemeten; het kan echter ook zijn dat een tandprotheticus dat doet. Een tandprotheticus is van oorsprong een tandtechnicus die gespecialiseerd is in het behandelen van patiënten met een kunstgebit.
Een afdruk van uw kaak wordt gemaakt met behulp van een afdruklepel, gevuld met een speciaal afdrukmateriaal. In het tandtechnisch laboratorium wordt die afdruk met gips gevuld. Hierdoor ontstaat een gipsmodel, waarop de prothese kan worden gemaakt. Soms is een tweede afdruk nodig. Dan wordt op het gipsmodel een goed passende afdruklepel van kunsthars gemaakt. Met deze lepel wordt opnieuw een afdruk gemaakt om een nóg nauwkeuriger gipsmodel te krijgen. Hierop wordt uw overkappingsprothese gemaakt.
Contact tussen boven- en onderkaak
Tijdens een volgend bezoek bepaalt de tandarts de stand van uw boven- en onderkaak ten opzichte van elkaar. Hij bepaalt hoe de kunsttanden en -kiezen in de boven- en onderprothese contact met elkaar moeten gaan maken, zodat u goed met uw overkappingsprothese kunt kauwen.
Kleur, stand en vorm van de kunsttanden
Bent u tevreden over de kleur, de vorm en de stand van uw eigen tanden? Of misschien juist niet? Informeer uw behandelaar hierover vóórdat de overkappingsprothese wordt gemaakt. Uw behandelaar kan u hierin natuurlijk ook advies geven. Hij zal proberen zoveel mogelijk met uw wensen rekening te houden.
De laatste fase
Vóórdat de tandarts uw kunstgebit in uw mond kan plaatsen, moet hij nog twee dingen doen. Eerst slijpt hij de tanden en kiezen, die als pijlers voor de overkappingsprothese gaan fungeren, tot net boven het tandvlees af. Alleen de wortel van zo’n tand of kies blijft dus over. Het voorbehandelde wortelkanaal sluit hij af met een vulling. Dan trekt uw tandarts de overige gebitselementen die in uw mond zijn blijven staan. Direct daarop aansluitend plaatst hij de overkappingsprothese. U hoeft dus niet bang te zijn dat u enige tijd zonder tanden zult rondlopen.
U krijgt een compleet stel nieuwe kunsttanden en -kiezen over de wortels en de verse wonden van de getrokken tanden. Dat vindt u misschien een vreemd idee, maar dit heeft een groot voordeel. De overkappingsprothese zit in het begin namelijk als een soort verband op de wonden. Uw tandarts zal vervolgens met u een afspraak maken na één of twee dagen. Hij zal uw mond controleren en de eventuele klachten verhelpen.
Bleekmethoden
Bleken van buitenaf bij gezonde tanden
Thuisbleken onder begeleiding van de tandarts of preventieassistent
Betreft de verkleuring aanslag dan is zoals bovenstaand beschreven bleken niet de oplossing. Vraag uw mondzorgprofessional uw tanden te reinigen. Is de verkleuring in het tandoppervlak of vind je de kleur van de tand te donker, dan kun je van buitenaf bleken. Dat gebeurt met behulp van een bleeklepel. Eerst maakt de tandarts of preventieassistent een afdruk van je gebit. Hiermee maakt de tandtechnicus in het tandtechnisch laboratorium een bleeklepel van een zachte transparante kunststof, die precies over je gebit past en ruimte laat voor de bleekgel. Een goed passende bleeklepel is belangrijk, om irritatie van het tandvlees te voorkomen. De bleeklepel is de mal waarmee je de blekende gel op de tanden aanbrengt. De gel bevat 3 tot maximaal 6% waterstofperoxide. Na een goede instructie hoe je de gel moet aanbrengen en wanneer je de bleeklepel moet dragen, krijg je de bleeklepel en enkele spuitjes bleekgel mee naar huis. Daarom wordt deze methode ook wel ‘thuisbleken’ genoemd. De tandarts geeft aan hoe lang je de bleeklepel met de gel (meestal ‘s nachts) moet dragen voor het gewenste resultaat. Afhankelijk van de verkleuring zie je na enkele dagen of weken effect. Uiteindelijk duurt de behandeling twee tot drie weken. Tijdens het bleken kunnen je tanden en tandvlees tijdelijk gevoelig worden. Raadpleeg je tandarts of preventieassistent als deze klacht optreedt en vraag om een aangepaste instructie.
Bleken van binnenuit bij ‘dode’ tanden
Eerst maakt de tandarts een opening aan de achterkant van de tand. Hierin brengt hij een papje of gel aan met het blekend middel. Deze producten hebben enkele dagen een blekende werking. Afhankelijk van het behaalde resultaat herhaalt de tandarts de behandeling één of meerdere keren. Uiteindelijk sluit hij de tand af met een definitieve vulling.
Versnelde bleekbehandelingen
Sommige mondzorgpraktijken en bleekwinkels bieden een versnelde bleekbehandeling aan. Soms gebruiken ze een lamp om de gel te verwarmen en zo het proces te versnellen. Het is niet duidelijk of dit daadwerkelijk een beter resultaat geeft. Omdat in de praktijk geen sterkere bleekmiddelen gebruikt mogen worden dan voor thuisbleken, is het onmogelijk in één keer hetzelfde resultaat te behalen als met de thuisbleekmethode. Ook wordt met alternatieve bleekmaterialen geëxperimenteerd. Onderzoek over de resultaten met deze nieuwe materialen is nog niet beschikbaar.
Naar wie ga je toe voor een beugel?
Een orthodontist is een tandarts die is gespecialiseerd in beugelbehandelingen. Sommige tandartsen kunnen dit ook zelf. Voordat je een beugel krijgt wordt eerst een onderzoek gedaan. Nadat in je mond is gekeken worden gewone foto’s en röntgenfoto’s van je gezicht en van je gebit gemaakt. Er worden afdrukken van je gebit gemaakt met een soort klei dat naar pepermunt smaakt. Ook kan het zo zijn dat je niet hoeft te happen, maar dat de orthodontist of tandarts jouw tanden en kiezen scant. Daarna wordt precies bekeken wat er aan de hand is. Samen met jou en je ouders wordt daarna besproken wat er aan je gebit veranderd kan worden en met welke beugels dat kan.
Hoe verloopt de behandeling van een kroon of een brug?
De behandeling van een kroon of brug verloopt in stappen. Hiervoor twee of drie bezoeken aan uw tandarts nodig. Een kroon of brug wordt niet direct in uw mond gemaakt, maar in een tandtechnisch laboratorium. Hiervoor is ongeveer één tot twee weken tijd nodig.
De behandeling in stappen
Afslijpen van de tand of kies
Allereerst wordt een deel van de tand of kies afgeslepen, totdat er genoeg ruimte is om een kroon of brug te maken. Zo nodig krijgt u een plaatselijke verdoving.
Afdruk maken
Vervolgens maakt de tandarts een afdruk van uw hele kaak of het gedeelte waarin zich de afgeslepen kies bevindt. Hiervoor brengt de tandarts een afdruklepel met een rubberachtige massa in uw mond. Zo ontstaat een afdruk waarin later in een tandtechnisch laboratorium gips wordt gegoten. Op dit gipsmodel wordt de kroon of brug gemaakt.
Beetregistratie
Met de beetregistratie bepaalt de tandarts hoe de tanden en kiezen van uw onder- en bovenkaak op elkaar passen. Daarvoor is een afdruk van de tegenovergelegen kaak nodig. Hiervoor gebruikt de tandarts een wasplaatje.
Kleur bepalen
Als de kroon of brug vóór in de mond staat, heeft deze meestal een tandkleurige buitenlaag. Samen met uw tandarts zoekt u een geschikte kleur uit.
Noodvoorziening
Voor uw comfort en ter bescherming van de afgeslepen tand of kies , maakt de tandarts een noodvoorziening (tijdelijke kroon). Eet er geen harde of kleverige producten mee. De tijdelijke kroon is daar niet op berekend. Neem bij breuk of losraken van de tijdelijke kroon contact op met uw tandarts.
Vastzetten
Bij de laatste afspraak past uw tandarts de kroon of brug in uw mond en zet hem vast. Aan de binnenzijde van de kroon of brug brengt hij een snelhardend cement aan. Vervolgens schuift hij de kroon of brug op zijn plaats en drukt hem stevig aan.
Opbouw
Als uw tand of kies te weinig houvast biedt voor een kroon of brug, kan uw tandarts eerst een opbouw maken. Hij lijmt de opbouw met een pin in het wortelkanaal vast. Dan plaatst hij de kroon of brug over de opbouw.